Auteur: Richard Spraakman.
Aanvullingen: Gerard van Haren, Foto’s van Margaret Elizabeth Blair uit Australië (dochter van Teunis)
Inleiding.

Teunis de Bree is geboren op 17 maart 1916 te Overdinkel (Losser). Overdinkel is een dorp in de Nederlandse provincie Overijssel, in het uiterste oosten van de streek Twente, onmiddellijk aan de grens met Duitsland. Het ligt aan de rivier de Dinkel.
Teunis is de zoon van Jan de Bree, van beroep grondwerker, geboren 23 juli 1891 in Weststellingwerf (Friesland) en Margje Zwier, fabrieksarbeidster, geboren 27 februari 1894 in Vledder. Zo als beschreven was vader Jan, van beroep grondwerker, het was zwaar en slecht betaald handwerk. Bij het graven van bijvoorbeeld een bouwput stond men dikwijls tot aan de enkels in het grondwater. Moeder Margje was fabrieksarbeider, in Losser stond een grote textielfabriek van de Firma L. van Heek en Zn, veel vrouwen werkten toentertijd in de textiel industrie. Mogelijk dat Margje daar ook werkzaam was.
Het echtpaar trouwde op 28 september 1915 te Losser. Jan en Margje kregen in totaal 6 kinderen.
We zien dat het gezin later in de jaren ’30 woonachtig is in de plaats Oldebroek, vader Jan de Bree is dan werkzaam als opzichter.
Moeder Margje werd maar 44 jaar oud en kwam te overlijden op 1 november 1938. Vader Jan de Bree hertrouwde met Geerdina Blom.
Als dienstplichtige naar Nederlands Indië.
Teunis de Bree vertrekt op 11 maart 1936, hij is dan nog net geen 20 jaar oud, als dienstplichtige voor “den Overzeeschen militairen dienst” met het schip m.s. Dempo vanuit Rotterdam naar de Oost. In de krant “De Avondpost”, staat onder het kopje “Leger Mutaties” het volgende; “De bij het leger in Oost-Indië benoemde 2e Luit. der Infanterie J. Creutz Lechleitner (*1), zal 11 dezer, als geleider van de Kol. Reserve, met het m.s. Dempo van Rotterdam zijn bestemming naar Indië volgen”.
Op woensdag 11 maart 1936, het was een koude dag, vertrekt het detachement aanvullingstroepen van de Koloniale Reserve om 12.38 uur met de trein naar Rotterdam vanaf het station Nijmegen. Commandant J. Creutz Lechleitner had de verantwoordelijkheid over 9 onderofficieren en 45 militairen beneden dien rang, waaronder dan ook soldaat Teunis de Bree.
In het Algemeen Handelsblad van 11 maart 1936 zien we de gehele passagierslijst met burgers, en de vermelding van de aanwezigheid van het detachement met daarbij Teunis de Bree.
Op 9 maart komt het m.s. Dempo aan in Batavia en zien we dat Teunis de Bree geplaatst is bij het 1e Depot Bataljon te Bandoeng, hier was de infanterie opleiding gevestigd. Na een half jaar volgt er een overplaatsing naar het 2eBataljon Infanterie te Magelang op 16 september 1936.
Uiteindelijk gaat Teunis de Bree op 1 november 1938 naar de kaderschool te Magelang, en volgt na de opleiding de bevordering tot “Infanterist Eerste Klas Brigadier Titulair” op 31 maart 1939. Meteen daarop volgt de overplaatsing naar het 21e Bataljon Infanterie te Solo. De bevordering tot Brigadier volgt dan snel en na de opleiding bij de kaderschool te Djokja en eind december de bevordering tot Sergeant Titulair.
De oorlog tegen de Japanners op Timor.
Op 22 februari 1941 tekent Teunis de Bree voor 6 extra jaren en komt hij terecht in Atamboea te Timor. Inmiddels heeft hij de rang van Sergeant. Dan volgt de Dilli Expeditie naar Portugees Timor

en vertrekt Teunis naar Dilli.
Dan volgt de Japanse aanval op Nederlands-Indië. Teunis de Bree maakt dan de overgang naar de guerrillatroepen te Timor op 20 februari 1942. In het Dagboek Nederlandsche troepen te Timor van lt. kol. van Straten, zien we regelmatig de vermelding van Sergeant T. de Bree.
Een overzicht van de diverse fragmenten is te vinden in de bijlage onderaan het artikel.
Australië.
Op 10 december volgt dan evacuatie naar Australie met de torpedojager “Tjerk Hiddis”, het schip komt dan op 11 december 1942 aan in Port Darwin.
Als snel volgt de overplaatsing naar de 3e Timor Compagnie, 16 februari 1943, en krijgt hij de rang en functie Sergeant Majoor Instructeur. Dan ontmoet hij zijn vrouw, Vera Woolcock (geboren 22 juli 1922 te Melbourne) en ze trouwen op 27 november 1943 te Melbourne. Uiteindelijk krijgen ze samen twee kinderen, Margareth (10-6-1946 te Melbourne) en Jeanette (19-1-1948 te Makassar)

Op 9 april 1944 gaat Teunis de Bree naar Finschhafen, Brits Nieuw Guinea. Hierna volgen de landingen te Hollandia (22 april 1944) en Biak (25 mei 1944).
6 maart 1945 volgt de indeling bij het 1e Bataljon Infanterie te Camp Victory Casino in Australië. In Camp Victory, Casino, NSW Australië werden honderden Indonesiërs getraind door Nederlandse instructeurs in technische- en krijgskennis om hen geschikt te maken voor de bevrijding van hun land van de Japanners en de daarop volgende wederopbouw. Teunis de Bree zal daar als instructeur hebben gewerkt.
Op 7 juli 1945 komt Teunis de Bree bij de NEFIS (Netherlands Forces Intelligence Service) in Brisbane. De NEFIS bestond vanaf mei 1943 tot 1948 en was de directe opvolger van de Marine- en Leger Inlichtingendienst. Het doel van de organisatie was drieledig: plaatselijke inlichtingen verkrijgen voor de geallieerde troepen over Indonesië, interne veiligheid van de Nederlandse strijdkrachten waarborgen en speciale missies in bezet gebied van Indonesië.
Als onderdeel van een NEFIS team maakte hij onderdeel uit van NICA X (Nederlandsch-Indische Civiele Administratie) De NICA werd opgericht op 3 april 1944 in Australië en fungeerde als schakel tussen de Nederlands-Indische regering in ballingschap en het geallieerde opperbevel in het commandogebied van de Southwest Pacific Area (SWPA). Gevestigd in (Camp Colombia) Brisbane, rapporteerde het oorspronkelijk aan de geallieerde commandostructuur.
Citaat echtgenote van Teunis (John) de Bree.
Teunis was elke dag van huis, druk bezig met zijn legerleven. Hij sprak zelden over waar hij heen ging of over zijn dagelijkse taken. Hij zorgde er altijd voor dat onze huizen zich in zeer veilige gebieden bevonden, dus ik merkte heel weinig van het conflict in Indonesië. Maar op een dag in 1950, toen we in Makassar woonden, kwam hij thuis en vertelde me dat we meteen moesten inpakken en naar Nederland moesten verhuizen. Plotseling, in plaats van naar een andere stad te verhuizen , moesten we het land uit. En nog verder weg van Australië! Er werden afspraken gemaakt voor onze onmiddellijke overtocht op een schip naar Nederland en binnen een dag of wat hadden we onze spullen gepakt en waren we aan boord. Een vriend vertelde me later dat ons huis kort na ons vertrek door de terroristen was beschoten – Teunis stond op hun hitlijst!
Een ander verhaal uit de overlevering, opgetekend door de echtgenote van Teunis (John) de Bree;
John heeft nooit iets onthuld over het werk dat hij deed. Maar toen ik hem jaren later vroeg wat zijn werk in Indonesië inhield, noemde hij een episode die hem na aan het hart lag. Hij vertelde me dat zijn beste maat was gedood door een Japanse soldaat en toen hij dit ontdekte, ging hij de jungle in op zoek naar de Japanner die het had gedaan. Na tien dagen keerde hij terug naar de basis, zonder zijn bril. Hij had de Japanse soldaat gevonden en vocht met hem, waarbij hij hem doodschoot met een machinegeweer. Hij had precies geweten wie de soldaat was.
Dan volgt op 11 september 1945 de landing met een Australisch Legerafdeling op Koepang. Op 11 september tekende Japan de overgave op het eiland Timor. Sergeant Teunis de Bree was dus op dat moment ook aanwezig in Koepang. Hij krijgt dan de rang Onder Officier Instructeur.
In de archieven zien we een document; Rapport van de T. de Bree, waarnemend I.O. Nefis Timor inzake een “vermoedelijke poging tot opruiing” bij de militaire zangvereniging “Allen Jones” te Atamboea. 1946. Zie bijgaande verslag. (*2)
Pas in januari 1947 volgt een overplaatsing naar NEFIS te Makassar. In augustus volgt de overplaatsing naar XV Bataljon Infanterie te Palopo, Zuid Celebes. Bij beschikking van A.G. d.d. 6 december 1949 krijgt hij een jaar buitenlands verlof wegens langdurige dienst. Op 17 januari is Teunis overgegaan naar C.D.K.B. wat staat voor Centraal Doorgangs Kamp Batavia. Dan vertrekt hij vanuit Batavia aan boord van het m.s. Oranje op 8 februari 1950.
Op 28 februari komt Teunis dan aan in Nederland en is hij opgenomen in de administratie van het KNIL Centrum Nederland. Op 1 juli 1950 gaat Teunis over naar de Koninklijke Landmacht in de rang van Sergeant Majoor Instructeur, hierna volgt zijn pensioen op 27 juli 1953.
Het gezin verhuisde naar ‘s Gravenmoer in Brabant, dit omdat daar de familie van Teunis woonachtig was. Teunis werd ingedeeld Regiment Infanterie Oranje Gelderland, als Sergeant Majoor Instructeur. o.a. in Wezep. Tijdens de tijd in Nederland bleef Teunis bevriend met Nicolaas Strik, en ze hadden regelmatig ontmoetingen. De beslissing om terug te keren naar Australië lag in het feit dat Teunis (John) een minder belangrijke rol kreeg bij zijn onderdeel. Hij raakte in toenemende mate minder gemotiveerd. In 1953 viel de beslissing om terug te keren naar Australië. Nicolaas Strik was hem inmiddels al voorgegaan en die leefde al in het noorden van Nieuw Zuid Wales.
Met zijn gezin pakte John het leven weer op in Australië.
Teunis (John) is overleden in Coffs Harbour, New South Wales Australia op 26 januari 1976.
(*1) – Luitenant J (Johan) Creutz Lechleitner werd bij zijn internering in het gevangenkamp Tantoei te Ambon zo ernstig mishandeld door de Japanners dat hij kwam te overlijden op 16 juli 1942.
(*2) – Rapport van de T. de Bree, waarnemend I.O. Nefis Timor
Bijlage.
Fragmenten uit het Dagboek van Lt. Kol. Van Straten, waar Sergeant T. de Bree genoemd wordt.
Zaterdag, 9 Mei 1942
Telefoon bericht van Kap. van Swieten. Sergeant. de Bree en een mil. sold. in Dacolo aangekomen, zullen door hem worden ingedeeld. Patrouille Zijlstra tot nog toe 17 man bij elkaar van de 30, worden naar Foho Rèn gedirigeerd.
Aankomst sergeant Maigret en 14 man t.b. stafwacht, gelegerd in Chinees huis, 2 man wegens ziekte achtergebleven op FOHO RÈN. s’ Avonds bericht van Kap. van Swieten, met de Bree ook een Menadonees meegekomen, even eens ingedeeld te Dacolo. Van alle posten geen bijzonderheden.
Uit Mape arriveerde 3 pakken, bevattende resp. 10 paar schoenen, medicamenten en inkopen. De stafwacht, die grotendeels geen schoenen bezit, zal eerst van deze worden voorzien, de rest door naar Dacolo.
Zaterdag 12 Sept .’42
Patrouille de Bree heden van Mape terug naar Lollotoi. Ongeveer 16.00 uur keert deze patrouille terug met het bericht dat Lollotoi aangevallen is door Japs en Belo’s. Het één en ander werd bericht door enige Belo’s die uit de richting Lollotoi terugkeerden. Schieten werd door deze patrouille gehoord en hierop werd door deze patrouille (4 man) teruggekeerd naar Mape.
Bericht van Luit. Horstink uit Bobonaro dat de patrouille Vrijens op weg was van Lollotoi naar Bobonaro, op de driesprong Lebos-Lollotoi-Bobonaro overvallen is door 400 Belo’s. Door deze patrouille geen verliezen. I.v.m. berichten dat de Belo’s uit richting Lollotoi oprukten richting Mape werd besloten deze nacht buiten Mape door te brengen onder achterlating van wacht te Mape Gebivakkeerd ongeveer 2 uur lopen in richting Ainaro aan de kali MOLA.
Maandag 14 Sept. ‘42
Hedenochtend patrouille de Bree (4 man) + Dr. The wederom naar Lollotoi.
In de loop van de dag werden berichten ontvangen dat Lollotoi is omringd door Belo’s.
Opdracht aan Luit. Horstink om in de vroegen morgen van 15/9 Lollotoi te ontzetten en in samenwerking met de bezetting van Lollotoi zoveel mogelijk vijandige Belo’s onschadelijk te maken. Berichten van Alas van Force H.Q. dat melding gemaakt werd door Chef de posto Lollotoi (die zich in Bobonaro bevindt) dat Japs en Belo’s op weg zijn naar Lollotoi en Mape
17.30 keert de patrouille de Bree + Dr. The wederom terug. Zijn aangevallen op ongeveer dezelfde plaats als de vorige keer de melding werd gemaakt door ongeveer 300 Belo’s. Zij waren gedwongen na een kort vuurgevecht terug te trekken op Mape. De Belo’s waren gekleed in Australische, Amerikaanse en groene Hollandsche uniformen, waren gewapend met speren – pijl en boog en voerden de Japanse vlag. Belo politie van Bobonaro in de nabijheid bleef loyaal.
Donderdag 12 November 1942
07.30 uur vertrek van smi. van HAREN + 10 man richting LIAS (CASSA). Opdracht bewaken weg SUMALAIN-CASSA en contact opnemen met Lt . HORSTINK en sergeant DE BREE. Zover mogelijk voorzien in eigen voeding via Radja CASSA die volgens berichten van Lt. HORSTINK nog steeds ter plaatse is. Sergeant DE BREE meldt dat de voedseltoestand in zijn gebied slecht is. Alleen wat djagoeng te krijgen. Hierover telegram naar Force H.Q.
15.00 uur DACHLAN meldt zich wederom terug zodat thans niemand meer vermist.
Daar alhier niets bekend omtrent bewegingen japs en er in een verhoogde vliegtuigactiviteit is, wordt aan C. Platoon om berichten verzocht. Commander Officer Platoon C meldt dat ATSABE door japs en inlanders is bezet, huizen in de omstreken worden afgebrand, AINARO all clear en waarnemingsposten nabij MAUBISSE en MIWDEGO zijn door de japs en inlanders opgeruimd. Overigens geen bewegingen der japs te melden.
Zaterdag 14 November 1942.
Zijn heden gestraft door J. BREEMOUER, Kap. Inf. Commandant Nederlands Indische Troepen op Timor:
– Europees fuselier MEERMAN v.d. HORST nr. 92617
– Militie soldaat LANGEVELD F.P. nr. 66713
– Militie soldaat SCHUURMANS, E nr. 134620
– Menadonees fuselier DENGAN nr. 27048
– Menadonees fuselier PATEH, A nr. 27657
allen met 14 (veertien) dagen streng arrest. Om reden zich bij de guerrilla actie op Timor tegen de Japanners zeer lafhartig gedragen door op het horen van enige schoten, op enige afstand van het bivak gelost, de vlucht te nemen en hun commandant, die op verkenning ging, in den steek te laten en zich eerst enige dagen daarna in het Hollandsche hoofdkwartier te melden.
6.00 u. Japans vliegtuig gehoord in Zuidelijke richting.
12.30 u. komst ordonnans van de BREE met bericht van v. HAREN: meldde zwaar mitrailleurvuur gehoord op CASSA om 5.15 uur. 6.30 uur 160 japs en beloes trokken door CASSA richting RAIMEAN. Geen contact met Luitenant HORSTINK, vernomen van beloes deze in richting MAPE vertrokken.
Japs niet over ARCOS in richting SUMULAIN, doch over weg waar bivak Luitenant HORSTINK is. Het is niet duidelijk welk pad de Japs hebben genomen, vermoedelijk in het terrein achtergebleven colonne. Nadere berichten van HORSTINK worden afgewacht.
Sectie van HAREN versterkt met 6 man. De 5 uit SAME aangekomenen door naar Lt. HORSTINK. 13.00 uur sergeant BESSEMS met 14 man richting BECO voor aflossing sectie de BREE. 16.00 uur ordonnans van sergeant BESSEMS met het bericht dat 2 schepen werden waargenomen zuid SUAD stomende richting KOEPANG. Nationaliteit onbekend. Dit bericht wordt direct doorgegeven aan Force H.Q. Overigens heden geen bijzonderheden.
Zondag l5 November 1942
In de vroegen ochtend vliegtuigactiviteit, echter niets waar te nemen.
11.00 uur sergeant de BREE terug. 12.30 uur ordonnans van Lt. HORSTINK komen rapporteren dat zij gisteren 14/11 om 12.00 u. bij CASSA aangevallen zijn door een bende gewapende inlanders en hebben moeten uitwijken richting AINARO. Blijkbaar hebben deze mensen nogmaals CASSA bezocht. Het huis van de radja is in de vroege ochtend van 14/11 gemitrailleerd door de Japanners. Lt. H0RSTINK rapporteert over het propaganda voeren der Japs in BOBONARO. Overigens heden geen bijzonderheden.
Zaterdag 21 november 1942
8.30 Kap. Breemouer en Lt. Snell verkenning richting de Bree. 11.00 machinegeweervuur en geweervuur gehoord uit richting Horstink.
14.00 terugkeer Kap. Breemouer en Lt.Snell. Van Haren rapporteert 14.05 geweer- en machine geweervuur gehoord uit richting Horstink. Grote branden richting Cassa, bevolking Lias vlucht richting patrouille van Haren, overkant Hali. O.P. Sucrai (Australische C. Platoon) meldt vuren gehoord te hebben, branden waargenomen richting Raimean.
18.00 rapport van Horstink ontvangen: Japs patrouille trachten zijn stelling te omsingelen. 8.45 – 9.00 Japs patrouille van richting Cassa naar bivak Horstink. Om omsingeling te voorkomen afdeling Lt. Horstink terug naar Oostzijde Kai Lias, van Lias terug richting Hato Hudo. Bij Lias aangekomen brenngunvuur uit richting oude bivak en branden waargenomen (11.00) 2 man vermist. Afdeling Lt. Horstink neemt thans stelling op weg Lias – Hato Hudo.
Zondag 22 november 1942
De Bree rapporteert Rai, Beco en Bobonaro gebombardeerd door RAAF.
Van Haren rapporteert: om Lias heen alles rustig. Bericht van OC Platoon: Beloe berichten ontvangen, 400 japs en inlanders in Cassa. Same zadel thans alles rustig.
Bericht van OC Platoon C: 1000 japs en inlanders heden 9.00 uit Atsabe te Ainaro aangekomen.
Bericht van OC Platoon C: 2 vermisten van sectie Horstink in op Sucrai aangekomen. Rapport van choffie [chefe de Posto] Sucrai: Japs terug naar Mape en Raimean.
Dinsdag 24 november 1942
Japs branden volgens bericht C. Platoon Ainaro af en huizen langs weg Mape-Ainaro.
11.00 bericht dat Japs de Beloelis weer zijn overgestoken richting Hato Hudo, aantal ± 300 en paarden (8.15).
- Builico door Japs aangevallen, 4 Australiërs gewond, Japs uit Ainaro terug.
Horstink heeft blijkbaar contact met Japs, vuren gehoord uit richting Hato Hudo, branden waar genomen uit richting Hato Hudo.
HQ verplaatst H.O. Hato Hudo richting kampong Boa, alwaar Kap. de Jong met rest paktrein.
Patrouille Snell in richting Hato Hudo, bewaakt driesprong Hato Hudo-Same-Betano.
Kap. Breemouer op verkenning richting afdeling Snell, keert terug na ontvangen vuur. Berichten wijzen uit Japs zeer dicht H.Q. genaderd
H.Q. verplaatst oostwaarts richting Betano. Gekampeerd in bos, patrouille uitgezet. Volgens latere Belo berichten kampong Boa bezet door Japs, blijkt niet waar te wezen. Geen berichten van patrouille van Haren en de Bree.
Donderdag 26 november 1942
Bericht van Snell patrouille: vele Japs en inlanders uit Budo vertrokken richting Same. Same ingelicht per ordonnans. Vermoedelijk ook Jap. bewegingen richting Betano.
7.30 9 bommenwerpers Australisch boven Hato Hudo, gebombardeerd en gemitrailleerd. Bericht van C. Platoon: 1000 Japs en inlanders uit Ainaro vertrokken richting Atsabe. Ainaro volkomen afgebrand evenzo Cassa en omliggende kampongs. Contact met Horstink: bevindt zich op weg Hato Hudo-Same, kampong Sumulo, bewaakt deze weg. Snell meldt zich terug: uitgezonden patrouille richting Hato Hudo meldt 12.00: Hato Hudo nog steeds door Japs bezet.
H.Q. verplaatst zich + 2 km, noordwaarts. 16.15 Inlanders rapporteren Hato Hudo verlaten door Japs, richting onbekend. Patrouille uitgezonden ter onderzoek en voor nagaan resultaten bombardement.
18.00 uur terugkeer bovengenoemde patrouille, rapporteert Hato Hudo onbezet, resultaten bombardement goed. Vele lijken van inlanders gevonden – geen Japanners. Inlanders rapporteren Japanse colonne vertrokken richting Lias, met vele draagbaren. Opdracht Horstink patrouille uit te zenden ter bewaking weg Hato Hudo-Lias. Nog steeds geen verbinding met sectie van Haren en de Bree.
Vrijdag 27 november 1942
7.30 uur bommenwerpers boven Hato Hudo-Raimean-Beco. HQ weer naar oude plaats vertrokken (kampong Boa) Op vraag Force HQ, antwoord vermoedelijk te vertrouwen radja Hollandse gebied radja Lahmaras (Beoekon) en Noealain (Datoe Maoek). Resultaten bombardement Hato Hudo gemeld door Force HQ. Nog geen verbinding met van Haren en de Bree.
Maandag 30 november 1942
7.00 aankomst te Fatacuac. Hier aanwezig sectie van Haren en de Bree, waren teruggetrokken via Betano, in Fatacuac gearriveerd 29/11. Contact met Japs gehad, door overmacht gedwongen terug te gaan. 12.00 richting Betano in groepen. Zijlstra en groep hier aanwezig ongeveer 15.00 te Betano.
Verwacht Kuru en 2 korvetten. Kuru aangekomen 21.00 uur. Portugese vrouwen en kinderen geëvacueerd – geen korvetten, 1.00 terug richting Fatacuac gebivakkeerd langs de weg, voedselvraagstuk groot.